Centraal in het programma staat de onbekende ‘Markuspassie’ van Ambrosius Beber. Deze compositie is vergelijkbaar met de passies van Schütz: eenstemmige partijen voor de Evangelist, afgewisseld met vier- en vijfstemmige koorgedeelten. Voor de Evangelistenpartij wordt een professionele solist aangetrokken.

Samen met ‘Novo Cantare’ zingen we een dubbelkorig passiemotet van Giovanni Gabrieli en drie delen uit het Requiem van Herbert Howells. Dit werk ontstond in 1935, bij de tragische dood van zijn zoon Michael. Deze jongen stierf op  negenjarige leeftijd aan meningitis. Howells wilde niet dat het Requiem tijdens zijn leven zou worden uitgevoerd.

Ter aanvulling van het programma zingen we ‘Jesu Mercy, how may this be’ van John Browne. Dit prachtige vierstemmige werk uit het Eton Choirbook is één grote klacht over het lijden van Christus en beweegt zich voortdurend in uiterst fantasievolle lijnen.